De eerste keer met de rolstoel

In de laatste maand van 2016 zijn we in afwachting van medicatie die mam wellicht nog kan helpen met bewegen. Ondertussen gaat het lopen dusdanig slecht, dat ik niet echt meer ergens met haar kan gaan wandelen. Ik bespreek met de begeleiding hoezeer dit jammer is en zij wijzen me op een inklapbare rolstoel die ik mee kan nemen. Dat gaan we proberen. Voor de eerste keer. Met de rolstoel.

Mam en ik gingen altijd graag naar de dichtstbijzijnde stad, even een rondje lopen, naar de kaasboer, de slager, even kleding kijken. Lopend gaat dat niet meer, het kost haar al de grootste moeite om van haar kamer naar de keuken te lopen. Maar ze wil wel heel graag op pad. Dus stel ik voor, om naar de stad te gaan. Met de rolstoel. Mam stemt in.

Ingewikkeld

Het is een hele klus, al vanaf de voordeur. Ik zet mam voor de eerste keer in de rolstoel om naar de auto te gaan. Het laatste stuk, is een grindpad waar de auto geparkeerd staat. Ik sjouw me een breuk met die stoel. Maar het gaat. Mam vindt het niet bezwaarlijk. Bij de auto, probeer ik haar uit te leggen dat ze uit de stoel kan stappen om in de auto te stappen. Dat is blijkbaar te ingewikkeld, ze staat wel op maar gaat dan in de rolstoel weer zitten. Ik zet haar zo dicht mogelijk tegen het portier, zodat ze die vast kan houden. Als ze staat, ga ik achter haar staan en duw tegen haar billen zodat ze draait richting de autostoel. Ze duwt net zo hard weer terug en sputtert tegen. Ze snapt het niet. Ik houd haar bij de heupen, leg alles goed uit, pak dan haar armen zodat ze mij vast heeft. Ik laat haar zakken. Als ze zit, zegt ze opgelucht, “zo ja.” Ze snapte dus wel wat we gingen doen, maar niet hoe. Oké, ze zit.

De stoel is best zwaar maar ik krijg ‘m in mijn eentje in de kofferbak. We kunnen. In de auto zit mam tevreden. In de stad aangekomen, rij ik naar een ruime parkeerplaats. Daar gaat het uitstappen goed, ik draai haar benen en houd haar armen vast om omhoog te komen. Ik heb de stoel klaargezet, dit gaat makkelijker.

Rondje

We liepen altijd een rondje door de stad. Nu ook. Ik loop achter haar omdat ik de stoel duw en ik merk dat mam een beetje zoekende is. Ik knijp in haar schouder. We voelen ons allebei ongemakkelijk. We korten het rondje in, het is koud en ik had geen kleedje mee, had ik niet aan gedacht. De vrouw bij de slager spreekt me erop aan, ik had mijn moeder warmer moeten aankleden. Ik geneer me een beetje, voor mij is dit ook allemaal nieuw. Ik wist dat niet. Mam is stil en lacht beleefd.

Terug bij de auto herhalen we de hele toestand om weer in de auto te komen. Als de rolstoel er ook in zit, en we allebei zitten, zucht ik. Mam kijkt me aan, we denken allebei hetzelfde. Wat een gedoe. Hopelijk komt die medicatie snel, wie weet helpt dat nog iets.

Eenmaal thuis zijn we allebei bekaf. Bij de lunch is mam overigens wel tevreden met de verse worst die we bij de slager hadden gehaald. Maar als ik ’s avonds doodmoe thuis kom, bedenk ik me dat dit waarschijnlijk de laatste keer was dat we samen naar de stad waren.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *